Provinciale Staten van Flevoland debatteerden over een rekenkameronderzoek naar regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's), zoals Horizon. Het onderzoek, uitgevoerd door de Randstedelijke Rekenkamer, richt zich op de relatie tussen de provincie en de ROM's. Er zijn onduidelijkheden over de context waarin Horizon opereert en de rol van de provincie. Het doel is om de doeltreffendheid en rechtmatigheid van het provinciale bestuur te verbeteren.

Politiekverslaggever Rijk de Bat

Tijdens het debat in de Provinciale Staten van Flevoland over het rekenkameronderzoek naar regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's) zoals Horizon, kwamen verschillende zorgen en aanbevelingen naar voren. De VVD, vertegenwoordigd door Angela Huckriede, benadrukte het belang van het herzien van de KPI's en de scheiding van rollen binnen de provincie. "We zijn blij dat de rollen gescheiden zijn tussen de gedeputeerde economie en de commissaris van de Koning," aldus Huckriede.

Marc van Rooij van 50PLUS uitte kritiek op het rapport, dat volgens hem geen basis vormt voor besluitvorming. "Het rapport beantwoordt de eerste vraag niet, negeert de tweede volledig en geeft slechts vage antwoorden op de derde vraag," stelde Van Rooij. Hij benadrukte de noodzaak van adequate informatie om de controlefunctie van de Staten te kunnen vervullen.

De BBB-fractie wees op de risico's van rolverwarring en de concentratie van macht binnen de provincie. "Provincies zijn opdrachtgever, aandeelhouder en toezichthouder. Checks and balances kunnen zwak zijn," aldus een BBB-vertegenwoordiger.

Klaas Talma van de PvdA vroeg om meer duidelijkheid over het proces en de rol van Gedeputeerde Staten (GS) in de reflectie op de gesignaleerde kansen en risico's. "Wat ik mis in het voorstel van GS is die reflectie," merkte Talma op.

Forum voor Democratie, vertegenwoordigd door Hans Hodde, vroeg om KPI's voor de fondsen om te kunnen beoordelen of het belastinggeld goed wordt besteed. "Kunnen er ook KPI's geformuleerd worden voor de fondsen?" vroeg Hodde.

De SP, vertegenwoordigd door John Cocu, benadrukte het belang van concrete maatregelen om de gesignaleerde kansen en risico's aan te pakken. "Provinciale Staten moeten hier scherp op blijven," aldus Cocu.

Gedeputeerde Toon van Dijk reageerde op de vragen en opmerkingen door te benadrukken dat het college de aanbevelingen van de Rekenkamer omarmt en dat er gewerkt wordt aan een herstructurering van het fondsenlandschap. "We gaan reflecteren op wat het rekenkamerrapport aan kansen en risico's benoemd," aldus Van Dijk.

Het debat leidde tot de aankondiging van een amendement door JA21, dat de aanbevelingen van de Rekenkamer verder concretiseert en GS opdraagt om uiterlijk 31 maart 2026 met een integraal voorstel te komen over de doorontwikkeling van Horizon. Dit voorstel moet ingaan op hergeformuleerde doelstellingen, prestatie-indicatoren, governance-structuur en een visie op breder aandeelhouderschap.

Het debat zal worden voortgezet in de Statenvergadering, waar het amendement verder besproken zal worden.

Provinciale Staten van Flevoland hebben gedebatteerd over de invoering van een nieuwe participatieverordening. Deze verordening is noodzakelijk vanwege de Wet versterking participatie op decentraal niveau, die op 1 januari 2025 in werking treedt. Het doel is om voor 1 januari 2027 aan de wettelijke verplichtingen te voldoen en duidelijkheid te bieden aan inwoners en maatschappelijke partners.

Politiekverslaggever Rijk de Bat

Tijdens het debat in de Provinciale Staten van Flevoland werd de startnotitie voor de nieuwe participatieverordening besproken. Deze verordening moet de huidige inspraakverordening vervangen en duidelijk maken hoe inwoners en belanghebbenden betrokken worden bij provinciaal beleid. De discussie was levendig en diverse partijen brachten hun standpunten naar voren.

Jaya Noordman van GroenLinks opende het debat met enthousiasme: "Het college kan in dit geval ons aan hun zijde vinden. Wij kunnen ermee instemmen." Ze benadrukte het belang van een inclusieve participatieverordening die ook aandacht heeft voor mensen met een beperking en hun belangenorganisaties. Daarnaast pleitte ze voor het betrekken van grote landelijke burgercollectieven.

Jan Willem van Dijk van D66 legde de nadruk op duidelijkheid: "Voor D66 is het belangrijk dat de kaders in het voorstel niet alleen richtinggevend zijn, maar ook duidelijkheid bieden voor Provinciale Staten en naar inwoners." Hij stelde voor om expliciet vast te leggen hoe een participatieplan wordt vormgegeven en welke minimale elementen in een participatieverslag moeten terugkomen.

Jan Meindert Keuter van de PVV sprak zijn steun uit voor participatie, maar waarschuwde voor te veel regels: "Belangrijk voor de slagen en de uitvoering van het participatiebeleid is een goede en zorgvuldige communicatie op niveau voor iedereen."

Ook de BBB en het CDA benadrukten het belang van een brede maatschappelijke afspiegeling in de participatieverordening. Marian Uitdewilligen van het CDA vroeg om meer duidelijkheid in de kaders: "Ik vind het niet zo smart. Misschien zou dat smarter kunnen door bijvoorbeeld beter te beschrijven wat er in het participatieplan zou moeten komen staan."

John Cocu van de SP uitte zorgen over de rol van commerciële partijen: "Hoe voorkomen we dat er marktwerking optreedt in de publieke taken en aan commerciële partijen overgedragen worden?"

Marc van Rooij van 50PLUS benadrukte het belang van financiering: "Participatie zonder portemonnee is een lege huls." Hij vroeg om duidelijkheid over de financiële middelen die beschikbaar zijn voor participatie.

Gedeputeerde Sjaak Simonse reageerde op de vragen en opmerkingen. Hij benadrukte dat de provincie een open houding naar de samenleving wil hebben en dat er al geld is gereserveerd voor participatie. "Wees ervan verzekerd dat wij het zelf ook in onze overwegingen meenemen hoe we die verordening opstellen," aldus Simonse.

Het debat resulteerde in twee toezeggingen van het college: er komt een lijst van betrokken partijen bij de participatieverordening en er zal aandacht zijn voor ouderen in elk communicatieplan bij participatie-initiatieven. D66 overweegt nog een amendement om de kaders verder aan te scherpen.

Het voorstel wordt als bespreekstuk doorgeleid naar de volgende Statenvergadering, waar mogelijk nog een amendement of motie wordt ingediend.

Provinciale Staten van Flevoland overwegen een investering van € 6 miljoen in het Mobiliteit en Infrastructuur Test Centrum (MITC) om een hightech cluster te ontwikkelen. Het doel is om de economie en brede welvaart in Noordelijk Flevoland te versterken. Het voorstel, dat nog goedkeuring van de Staten vereist, werd besproken tijdens een recent debat.

Politiekverslaggever Rijk de Bat

Tijdens het debat over de investering in het MITC, dat nationaal en internationaal van belang is voor slimme mobiliteit, spraken verschillende partijen hun steun uit. Marc van Rooij van 50PLUS benadrukte dat zijn partij voldoende informatie had om de gedeputeerde op pad te sturen: "Wat ons betreft kan het een hamerstuk worden." Lex Ruyssenaars van Sterk Lokaal Flevoland sloot zich hierbij aan en prees de financiering en cofinanciering als "prima."

De VVD, vertegenwoordigd door een onbekende spreker, onderstreepte het economisch belang van het MITC, maar had nog vragen over de woningbouw en bereikbaarheid voor studenten. "Hoe programmeren we de woningbouw zodat medewerkers niet elders hoeven te wonen?" vroeg de spreker. Ook werd de bereikbaarheid voor studenten aangekaart: "Hoe komen studenten bij het MITC?"

Ab de Jong van de ChristenUnie vroeg om structurele en inzichtelijke rapportages over de bestedingen. Govert Schipper van de Partij voor de Dieren benadrukte het belang van klimaatadaptieve aanleg en vroeg aandacht voor de balans tussen defensie en verduurzaming van mobiliteit.

Jan Willem van Dijk van D66 vroeg naar de juridische entiteit van het MITC en hoe deze zou bijdragen aan de volwassenheid van het project. Marian Uitdewilligen van het CDA en Isabelle van Benthem van BBB benadrukten het belang van regionale betrokkenheid en bereikbaarheid voor studenten.

De gedeputeerde, mevrouw Müller, reageerde op de vragen en benadrukte de unieke positie van het MITC in Europa. Ze verzekerde dat er plannen zijn voor woningbouw en dat de bereikbaarheid via openbaar vervoer en flexreizen wordt onderzocht. "Het MITC is een pareltje voor Flevoland," aldus Müller.

Het debat eindigde met brede steun voor het voorstel, dat als hamerstuk zal worden doorgeleid. De Provinciale Staten lijken klaar om de investering vrij te geven, waarmee een belangrijke stap wordt gezet in de doorontwikkeling van het MITC.